8.

Succes, waardering en familiegeluk

Ik voel me beter dan ooit. Dat is altijd zo als ik in het binnenland ben.

François Bourdrez komt eind november 1934 aan in de hoofdstad Nanking. Hij stort zich weer vol op het werk en zijn Chinese collega's zijn blij dat hij weer terug is. Het is een groot contrast met hoe hij begin 1932 in China werd ontvangen. Toen was het zoeken naar werk en naar geld en naar een manier om de Chinese regering van bruikbare adviezen te voorzien. Nu wordt hij direct bijgepraat over de belangrijkste ontwikkelingen en krijgt hij een prominente rol in de vernieuwde National Economic Council (NEC). 

Tijdens de verlofperiode van Bourdrez heeft de nationale regering besloten om de NEC te reorganiseren. Het werk van de NEC wordt minder uitvoerend en meer coördinerend. Er is een nieuwe taakverdeling met de provincies. De provincies kunnen subsidie aanvragen voor hun projecten. De NEC kiest vervolgens aan welke projecten ze een bijdrage leveren. Dat is meestal zo’n 30% van de totale kosten. De provincies betalen dus 70% zelf en zijn ook verantwoordelijk voor de uitvoering. De technische kennis wordt gecentreerd in de NEC, dus de provincies moeten al vóór de aanvraag de technische experts van de NEC betrekken. Bourdrez is betrokken bij zowel de advisering vooraf als de beoordeling van de subsidieaanvragen. 

Geld is nog wel een probleem, maar de samenwerking tussen de nationale regering en de provincies verbetert wel. Een provinciebestuurder vertelt Bourdrez het verschil tussen vroeger en nu: 'Vroeger zei men tegen ons: "hier is 4 miljoen, maak het in orde of je kop gaat er af". Nu vraagt men: "hoeveel heb je nodig? 2 miljoen? Hier is 50.000." Maar ze laten je hoofd met rust.' 

In de winter van 1934/1935 komt er ook weer een comité van experts naar China om een adviesrapport te schrijven. De Brit Coode is weer van de partij, ditmaal vergezeld door twee andere ingenieurs: de Italiaanse Omodeo en de Nederlander Nijhoff. Er is nog een landbouwexpert mee, de Italiaan Santori. De komst van het comité betekent dus weer lange tochten naar het binnenland. 

Bourdrez begint in december 1934 samen met Omodeo en Sartori met expeditie naar Binnen-Mongolië. In januari 1935 maakt het hele gezelschap een reis langs de Gele Rivier. In Sian, ver in het binnenland, zit het gezelschap enige dagen vast, vanwege een geweldige sneeuwstorm. Bourdrez geniet altijd van de reizen door China, ook al zijn de omstandigheden soms zwaar. Vanuit Sian schrijft hij aan zijn vrouw: 'Ik voel me beter dan ooit. Dat is altijd zo als ik in het binnenland ben.' 

Ook de sfeer tussen de mannen is opperbest, totdat de één na de ander ziek wordt. Bourdrez sukkelt nog met het restant van een eerder doorgemaakte bronchitis. Op 14 januari krijgt ook Omodeo gezondheidsklachten. Het blijkt ook bronchitis te zijn. Nijhof krijgt zware diarree, die wekenlang aanhoudt. De stemming wordt minder gezellig. Coode en Omodeo maken slaande ruzie met elkaar, waarbij Bourdrez moet fungeren als tolk. Iedereen is moe. Alleen de oude Coode onverwoestbaar, schrijft Bourdrez. Bourdrez schrijft ook dat hij alle respect heeft verloren voor Omodeo, die zich als een operazanger gedraagt. Weer zit Bourdrez opgescheept met een comité van experts, die met elkaar aan het kibbelen zijn.Nijhoff wordt steeds zieker en vertrekt terug naar Nanking om te herstellen. Omodeo gaat ook terug en pakt ook veel eerder dan gepland de boot terug naar Europa, tot opluchting van de rest. 

Nu Omodeo naar huis is en Nijhoff nog steeds ziek, reist Bourdrez alleen met Coode naar het Noorden, waar ze een inspectie doen van de dijken van de Gele Rivier. Wat Bourdrez en Coode zien bevalt ze geheel niet. De staat van de dijken is niet goed. Een groot gat dat in 1934 is ontstaan is op beroerde wijze gerepareerd. En ook op andere plekken zien ze grote kwetsbaarheden. Samen met Chinese ingenieurs proberen ze een plan te maken om al deze punten te repareren vóór de regentijd in de zomer.  

Ze bezoeken ook de stad Changyuan aan de Gele Rivier. Sinds de overstroming van 1934 wordt die stad omringd door het water. Bourdrez schrijft aan zijn vrouw: 'De ouderwetse stadsmuur is nu een zegen. De stad ligt anderhalve meter lager dan het water, maar de stadsmuur houdt de waterdruk goed uit. De poorten zijn weggenomen en door dijken van zandzakken vervangen. Al sinds verleden zomer zitten 12.000 mensen daar opgesloten. Voedsel en hulp wordt over water gebracht. 8.000 worden door de regering gevoed en gekleed. In het hele district zijn 100.000 zulke bedeelden. En als de dijkbreuk niet bijtijds hersteld wordt, komen er misschien 10 of 20 maal zoveel bij. Zelfs in Nanking wordt men nu erg ongerust.

En zo kunnen wij terugkomen met het gevoel van een rechtgeaarde padvinder, dat we weer zo'n goed werk gedaan hebben. Ik heb het stellige voornemen om ook in Nanking erg goed te zijn: de gezondheidstoestand in de ondergelopen streek is bar slecht, er moeten medische lieden heen en zo meer.'  

In de loop van 1935 schrijft Bourdrez in opgewekte toon over de vele projecten die tegelijkertijd bezig zijn. Op tal van plaatsen wordt gewerkt aan de dijken, sluizen en kanalen. Al het goede werk kan nog niet voorkomen dat in de zomer van 1935 het Noorden van China weer wordt geplaagd door enorme overstromingen. 

Changyuan omringd door water (Bourdrez, NA)

Vluchtelingen in Changyuan (Bourdrez, NA)

'Al sinds verleden zomer zitten 12.000 mensen daar opgesloten' (Bourdrez, NA)

Changyuan omringd door water (Bourdrez, NA)

Film Luctor et Emergo, gemaakt door Bourdrez. Overstromingen Gele Rivier zomer 1935 (Instituut Beeld en Geluid)

In maart 1935 komt Elizabeth Von Meyenburg, de echtgenote van Bourdrez, aan in China. Ze zijn dan bijna een half jaar getrouwd, maar zijn alleen samen geweest in de eerste week daarvan, tijdens hun korte huwelijksreis. Samen huren ze een vrijstaand huisje in Nanking met een ruime tuin en personeel. Bourdrez heeft ook al plannen om zelf een huis te laten bouwen in Nanking. Dat huis wordt in 1936 opgeleverd. De komst van Zabeth, zoals hij zijn vrouw noemt, brengt Bourdrez heel veel geluk. Alhoewel hij zich beseft dat hij haar in China geen 

Op 15 maart 1936 wordt hun zoon Jan-Ewout wordt geboren in het ziekenhuis van Shanghai. Bourdrez is maar net op tijd terug van een weken durende expeditie naar de provincie Sichuan, ver in het binnenland. 

De samenwerking tussen Bourdrez en zijn collega's van het NEC is steeds prettiger. Bourdrez heeft door al zijn reizen naar de verschillende uithoeken van China een enorme kennis van de lokale omstandigheden in al die gebieden. De 'officials' van de NEC en andere Chinese ambtenaren komen zelden buiten Nanking, dus waarderen de kennis van Bourdrez. Bovendien spreekt Bourdrez inmiddels een aardig woordje Chinees, wat de communicatie zeer veel eenvoudiger maakt.   

De samenwerking van Bourdrez met de Chinezen valt ook zijn nieuwe collega Leon Coursin op. Okecki gaat in 1935 terug naar Polen en wordt in 1936 opgevolgd door de Fransman Coursin. Coursin schrijft in april 1936 na hun eerste gezamenlijke excursie in de binnenlanden: 'Ik zou dit verslag niet willen beëindigen [...] zonder bijzondere hulde te brengen aan de diensten van de heer Bourdrez, die door zijn professionele waarde, zijn kennis van de taal en van de Chinese psychologie, zijn onvermoeibare activiteit, de spil is van technische samenwerking met de N.E.C.'

Film, gemaakt door Bourdrez van de reparatie van de dijkbreuken in de Gele Rivier in de winter 1935/1936 (Instituut Beeld en Geluid)

In 1937 volgt er een bijzonder blijk van waardering van de Chinese kant. Op 1 april 1937 vinden François Bourdrez en zijn collega Nico van den Heuvel een doosje met een klein briefje er op en een oorkonde op hun bureau. In het doosje zit een medaille. Beide heren hebben een onderscheiding gekregen van de derde klasse in de orde van Yu de Grote. Yu de Grote is een mythische heerser van vóór de keizertijd, die de Gele Rivier wist te beteugelen. 

De rol papier is een bijbehorende oorkonde ondertekend door Chiang Kai-Shek, T.V. Soong en nog enkele ministers. Er is geen toespraak, geen feestelijke gelegenheid. Het ligt daar gewoon ineens. Toch gaat het niet ongemerkt voorbij. Van den Heuvel schrijft in een brief aan zijn zus dat de onderscheiding te vergelijken is met een koninklijke onderscheiding in Nederland. De orde van Yu de Grote heeft negen klassen, waarbij de eerste klasse de hoogste is. Hun onderscheiding van de derde klasse is voor Bourdrez en Van den Heuvel toch een mooi blijk van waardering. Van den Heuvel schrijft dat hij vooral hoopt dat de Chinezen zijn adviezen nog serieuzer nemen. In de dagen daarna merkt hij dat ze toch wel in aanzien zijn gestegen bij de Chinezen. De militairen springen extra stijf in de houding, zijn chauffeur rijdt extra hard en eist voorrang voor zijn belangrijke passagier. 

Voor Bourdrez was waarschijnlijk de mooiste waardering dat in 1936 en 1937 de dijken standhouden ondanks zeer hoge waterstanden.

HIER FOTO MEDAILLE

Medaille van de derde klasse in de orde van Yu de Grote. (privécollectie familie Bourdrez)


FOTO OVERSTROMING WUHAN